Heel veel honden worden tegenwoordig geschoren. Dat is “lekker makkelijk” of “fris voor de zomer”. In sommige gevallen is dat een prima oplossing, maar vaak heeft het precies het tegenovergestelde effect. De structuur van de vacht verandert drastisch als deze geschoren wordt.
Honden met een ondervacht, krijgen dunnere, langere wolharen na het scheren, waardoor deze veel sneller gaan klitten en uiteindelijk kunnen vervilten. Dit zie je vaak bij de Pomeriaan en sommige “boomer” kruisingen.
Honden met een ruwharige vacht, die geplukt dienen te worden, krijgen door scheren een wollige, pluizige vacht zoals te zien op de foto. De rug is geplukt, zoals het hoort, de rest geschoren, waardoor het haar een hele andere kleur en structuur heeft gekregen.
Honden met een enkele, doorgroeiende vacht mogen wel geschoren worden. Daarbij verandert de structuur nauwelijks, omdat deze geen echte onderwol bezitten. Deze honden kennen geen rui, maar verharen per haar. Dit zijn onder andere poedels en malthezers.
Voordelen van scheren zijn:
Een korte, niet verharende vacht
Minder borstelen
Goedkopere trimbeurt
Nadelen:
Kleur vervaagt
Meer onderwol = meer klitten!
Sterkere lichaamsgeur
Dubbele vacht door verstoring van cyclus
Natuurlijke isolatie (ook tegen de warmte!) is weg
コメント